Het maakte me meteen nieuwsgierig.
Ook door de reacties van mensen toen ik vertelde over dit boekje.
Alleen al dat ‘doodgaan’.
Daar willen we vaak toch liever niet aan denken.
Of mee bezig zijn.
Daar heeft de schrijfster van het boek, Margareta Magnusson, geen enkele moeite mee.
Zij is beeldend kunstenaar en ‘ergens tussen de tachtig en honderd jaar oud’ zoals ze zelf schrijft.
Margareta heeft in haar leven al heel wat opgeruimd nádat iemand is doodgegaan.
Na de dood van haar moeder, haar schoonmoeder, haar echtgenoot.
En nu is ze zelf aan het opruimen vóór haar dood.
Döstädning heet dat dus in het Zweeds.
Een samentrekking van Dö (‘dood’) en städning (‘opruimen’).
Het betekent dat je je spullen ordent tegen het einde van je leven.
‘De edele Zweedse kunst van Döstädning‘ is dan ook de passende ondertitel van het boek.
Zadel je kinderen niet met die last op.
Zonder omhaal schrijft Margareta dat je vooral niet moet denken dat iemand tijd zal willen – of kunnen – maken om te doen wat jij zelf eerder hebben nagelaten (je spullen opruimen), hoe dol ze ook op je zijn. Zadel hen niet met die last op!
Verantwoordelijkheid nemen voor je spullen.
Dat is waar dit hele boekje over gaat.
Of het einde nou in zicht is of nog lang niet.
Het boekje leest alsof Margareta bij je aan de keukentafel zit.
Ze deelt haar ervaringen met het opruimen van de spullen van anderen.
En met de 17 verhuizingen die ze zelf heeft meegemaakt.